Een wattagemeter van Pioneer? Inderdaad, een wattagemeter van Pioneer! Dit bedrijf is vooral bekend van apparatuur in de audio- en videobranche, maar roert zich sinds een aantal jaar ook op de fietsmarkt. Dat doe het bedrijf niet onverdienstelijk. Er zijn heel wat wielrenners die maar wat graag gebruikmaken van de meter. Onder meer Wilco Kelderman (Lotto NL – Jumbo) blijkt een fervent voorstander van dit apparaat, omdat het net wat meer inzicht geeft dan veel andere wattagesystemen. Ook de wielersporters van Giant – Alpecin (Tom Dumoulin), Rabobank Liv (Marianne Vos) en United Healthcare (Janez Brajkovic) weten wat het is om de wattagemeter van Pioneer te gebruiken.

1. Betaalbaar

Trainen op vermogen lijkt anno 2015 een modewoord in de wielerscene. Niet alleen de profs, maar ook meer amateurs en serieuze wielertoeristen gebruiken het materiaal. De waarschijnlijke verklaring: een powermeter wordt steeds beter betaalbaar. Een compleet systeem van Pioneer (computer, geavanceerde Pedalling Monitor Sensor) is er al voor 1.700 euro. Natuurlijk, het is en blijft een smak geld, maar de prijs is al vele malen vriendelijker dan de gemiddelde verkoopprijs van een doorsnee wattagemeter jaren geleden. Natuurlijk biedt het Pioneer-systeem ook heel wat (extra) mogelijkheden. Daarover verderop meer.

2. It’s all about power

Even ter opfrissing: waarom is het ook alweer goed om met vermogenstrainingen aan de bak te gaan? Heel simpel: vermogen is prestatiebepalend. Op het vlakke telt het absoluut vermogen, in de bergen het vermogen per kilogram lichaamsgewicht. Hoe groter de power, hoe groter de kans is dat je wint (als je aan competitie doet tenminste….). Het is om die reden goed om een vinger aan de pols te houden met een vermogensmeter. Je analyseert en stuurt bij waar nodig.

3. Zo begin je op een basic manier

Stel: je wilt beginnen met het trainen met Pioneers vermogensmeter. Hoe maak je het functioneel? Heel eenvoudig: bepaal je functional threshold power (ftp), het maximale wattage dat je gemiddeld een uur kunt volhouden. Je ftp is belangrijk, omdat op basis hiervan je trainingszones vastgesteld worden. Hoe doe je dat? Ga 20 minuten lang volle bak en vermenigvuldig het gemiddeld wattage van die sessie met 0,95. Dat is je ftp-waarde. Daarna kun je trainingsschema’s samenstellen met diverse blokken. De intensiteit die je kiest bepaalt welke energiesystemen je traint. Op 56 tot 75 procent train je bijvoorbeeld het vetverbrandingssysteem. Je kunt je vooruitgang zien door de ftp-test te herhalen. Ook kun je vergelijkingen maken: trap je na een paar weken meer watt weg en blijft je hartslag gelijk? Dan ben je op de goede weg.

4. Verdrink (niet!) in de data

Is de meter van Pioneer alleen voor basaal gebruik? Nee, verre van dat zelfs. Zeker als je de wattagemeter voor het eerst gebruikt verdrink je haast in de data die de cyclometer bijhoudt. Het is een hele klus om te achterhalen welke getalletje waarvoor staat. Trek wat tijd uit om het allemaal goed te begrijpen. Als je het eenmaal tussen de oren hebt, is het fantastisch om met al die cijfers en statistieken bezig te zijn. Je hebt op de cyclometer van Pioneer rechtstreeks inzicht in meer dan 100 verschillende gegevens. Leuk is dat je ze op het scherm ook nog eens op een eigen manier kunt rangschikken en weergeven. Je geeft een persoonlijk tintje mee aan de display.

5. Meest interessant

Waarin de wattagemeter van Pioneer zich onderscheidt? Dat is volgens Pioneer op een paar punten: de Pedalling Monitor Sensor meet niet alleen elke omwenteling, maar gaat heel wat verder. De kracht op het linker- en rechterpedaal wordt afzonderlijk van elkaar gemeten. Aardig is dat er na iedere 30 graden van de rotatie en meetpunt plaatsvindt. Met andere woorden: iedere omwenteling is goed voor 12 metingen. Zo krijg je zeer gedetailleerde gegevens voor links én rechts. Je kunt eenvoudig nagaan in hoeverre je linker- en rechtervoet bijdragen aan het totaal geleverde vermogen. Wat ook leuk is: het systeem gaat na hoe efficiënt je trapbeweging en –richting zijn. Hef je het been op een juiste manier? Duw je je kracht in de juiste richting? De powermeter registreert het allemaal en brengt het in kaart in een zogeheten krachtenvectoranalyse. Dat is een soort van pedaalgrafiek die ook voor een beginner goed is te begrijpen.

6. Zo ontsluit je de gegevens

Natuurlijk is het belangrijk dat je iets kunt met de geregistreerde gegevens. De cijfertjes in de cyclometer kun je na thuiskomst van een rit automatisch uploaden via Wi-Fi. De data gaan door naar het programma Cyclosphere en desgewenst naar Strava (dat moet je zelf zo instellen). Diagrammen en grafieken geven je inzicht in alle statistieken die je ook al realtime kon zien. Echter is het veel fijner om achteraf nog eens inzicht te hebben en aan de hand daarvan verbeteringen door te voeren in je fietspatroon. Til je je been onvoldoende en rem je daarmee de rotatie? De grafiek laat het zien. Is de bijdrage van links beduidend sterker dan van rechts? Kijk dan bijvoorbeeld eens naar je positie op het zadel. Natuurlijk geldt dat je wat vaker gefietst en geregistreerd moet hebben om zinnige analyses te kunnen maken. Aardig is dat je in Cyclosphere ook relaties kunt leggen. Zoom in een training bijvoorbeeld in op een piek en ga na hoe je op dat moment je pedalen liet rondgaan. Waarom trapte je daar zoveel watt weg?

Nieuwsgierig, wil je het zelf eens zien of misschien testen, neem eens contact op met de Pioneer Cyclo dealer in de buurt